Schoren en staart van de molen. Vanaf een stelling (balie, galerij, gaanderij) op een stellingmolen kan het wiekenkruis op de wind gedraaid worden. De stellingmolen is zo hoog dat de wieken niet meer vanaf de grond gekruid kunnen worden en daarom een stelling nodig hebben. Deze molens moesten bijvoorbeeld in stedelijke gebieden of op plaatsen met bomen zo hoog zijn om nog voldoende wind te kunnen vangen. De stelling rust met schoren en liggers tegen de molen. De staart is de middelste balk.